Hoe kan je een parabool integreren in een modecollectie? Het was het uitgangspunt van de nieuwe collectie van Johannes Offerhaus. Hij presenteerde een experiment met parabolen, bestaande uit modellen en technische installaties.
“Mijn werk is een groot onderzoek naar vorm en beweging waarbij draagbare kleding voor mij niet het enige eindproduct hoeft zijn,” licht Offerhaus toe in een persbericht. In zijn vorige collectie draaide het om zwaartekracht. Nu stond de vergelijking van ‘een vlakke tweedegraads kromme die kan variëren’ centraal.
De vijf installaties, gemaakt van hout en stof, verwijzen naar de vijf verschillende silhouetten in de collectie, die door modellen in beweging worden gebracht. Een model trekt aan een trechtervormige object van parachutestof, dat vervolgens op en neer stuitert. “De vermenigvuldiging van inspanning en beweging resulteert in het in- en openvouwen van de installatie,” aldus Offerhaus. Kleding is immers gemaakt om te bewegen.
Studio 8, de locatie van Offerhaus’ presentatie, sluit naadloos aan op zijn werk. Het is een 360 graden ruimte zonder hoeken; waarbij de vorm en beweging benadrukt wordt. Door de volledig witte ruimte krijgen de installaties en modellen alle aandacht.
Wiskundige vergelijking staat centraal bij Johannes Offerhaus
Johannes Offerhaus (1993) is een veelbelovend modetalent. Hij won Kunstbende in 2009, waarna hij stage ging lopen bij Viktor & Rolf. In 2016 studeerde hij cum laude af aan de opleiding Fashion Design aan ArtEZ Hogeschool voor de Kunsten Arnhem. In al zijn ontwerpen komen vorm en beweging terug. Zijn afstudeercollectie met ronddraaiende rokken, genaamd ‘Centrifugal Systems’, was een onderzoeken naar zwaartekracht en vorm. Zijn werk kon toen al op lovende reacties rekenen en leverde hem enkele maanden later de Frans Molenaar Couture Award 2016 op.
Beeld: Lucas Christiansen
Amsterdam Fashion Week verkocht aan Danie Bles
Mode-ondernemer Danie Bles heeft Amsterdam Fashion Week gekocht. Voorheen was het mode-evenement in handen van Telegraaf Media Groep. Met Bles aan het roer zal de Amsterdamse modeweek flink transformeren: het wordt commerciëler en zal een maand opschuiven.
Bles is vanaf 10 november de nieuwe eigenaar van Amsterdam Fashion Week. De eerste editie van de modeweek onder haar leiding zal plaatsvinden in september 2018.
“Dit is voor mij het juiste moment voor een nieuwe uitdaging. Ik zit nu 20 jaar in het vak en die kennis kan ik hier goed gebruiken. Ik wil anderen laten zien hoe dit event leeft, zowel in de stad als in de rest van het land. Ik heb altijd al een eigen modeplatform willen hebben en droom er al langer van om alleen maar bezig te zijn met het bedenken van creatieve concepten om mensen te inspireren,” vertelt de nieuwe directeur aan De Telegraaf.
Met Bles aan het roer zal de Amsterdamse modeweek ook inhoudelijk veranderen. Zo wil de nieuwe directeur dat het evenement inkopers gaat trekken en wordt de see now-buy now formule ook ingevoerd. Dat betekent dat de collecties na de shows te koop zijn. Tevens wordt het evenement een maand opgeschoven -naar februari en september- om aan te sluiten op de internationale pret-à-porter modeweken.
Nieuwe eigenaar voor Amsterdam Fashion Week: Danie Bles
“Mijn plan is om zowel inkopers als consumenten naar de shows te trekken. De tijd is daar rijp voor, want dankzij social media kunnen we een enorme doelgroep bereiken,” laat Bles aan De Telegraaf weten. Als het aan de nieuwe directeur ligt, zal Amsterdam Fashion Week tevens een groot evenement worden, dat in de hele stad voelbaar is. “Net zoals je dat in Parijs voelt als het modeweek is.”
Telegraaf Media Groep blijft als mediapartner betrokken bij Amsterdam Fashion Week. Zo zal het bijbehorende online platform Fashionweek.nl een ‘dagelijkse modekrant’ worden en tijdens de fashionweeks zullen er livestreams beschikbaar zijn. Bij vorige fashionweeks lag de focus op jong talent. Bij de komende edities zal de programmering bestaan uit bekende namen en jong talent.
Creatief directeur Iris Ruisch laat in een e-mail weten te vertrekken, met de doorstart van het evenement. “ Ik heb besloten om niet mee over te gaan naar de nieuwe eigenaar, vanwege een te groot verschil in visie op de toekomst van Amsterdam FashionWeek. Ik ben mij aan het beraden op de toekomst.”
Afgelopen zomer trok Mercedes-Benz zich terug als hoofdsponsor en liet Telegraaf Mediagroep weten Amsterdam Fashion Week in de etalage te zetten. Lange tijd was het onzeker of het mode-evenement wel verder zou gaan.
Beeld: Anne Buis
Ninamounah Langestraat en Boris Kollar winnen Frans Molenaar Prijs 2017
Wat doe je als je niet kunt kiezen tussen al het talent dat meedoet aan de Frans Molenaar Prijs? Dan kies je gewoon twee winnaars. Dit jaar sleepten Ninamounah Langestraat en Boris Kollar de modeprijs in de wacht. Een eervolle vermelding was er voor Chelsea Peterson.
De Frans Molenaar Prijs werd voor de 22e keer uitgereikt. Voor de tweede keer koos de Stichting Frans Molenaar Couture voor het Amstel Hotel als locatie. Dat was niet zomaar; Molenaar gaf hier bijna twintig jaar lang zijn coutureshows. Sinds zijn overlijden wordt de wedstrijd vanuit zijn nalatenschap betaald.
Iedere genomineerde ontwerper toonde vier eigen looks in de Tuinzaal en Spiegelzaal in het Amstel Hotel. Dit jaar was er een nieuw element toegevoegd aan de wedstrijd. Iedere ontwerper maakt een extra look, die geïnspireerd was op het oeuvre van Frans Molenaar.
Het was lastig kiezen voor de jury, die een geldbedrag van 10.000 euro moest toekennen aan de winnende ontwerper. Uiteindelijk werd besloten om zowel Langestraat en Kollar uit te roepen tot winnaar, waarbij iedere ontwerper een bedrag van 7.500 euro ontving.
Twee ontwerpers winnen Frans Molenaar Prijs 2017
“De jury was verder aangenaam verrast hoe iedere genomineerde op eigen wijze een look gecreëerd had op basis van de signatuur van Frans Molenaar,” luidde het jurycommentaar. De collectie van Ninanoumag Langestraat werd omschreven als ‘stoer en tegelijkertijd verfijnd’, met een ‘concept dat tot in de puntjes was uitgevoerd’. Ook sloot de collectie goed aan op de tijdgeest, vond de jury. Boris Kollar ontwierp een collectie met ‘wiskundige precisie’. Zo waren zijn ontwerpen uitgevoerd in één stuk stof, zonder ritsen of knopen, waar niet in geknipt was en slechts genaaid waren met een enkele draad.
De jury bestond uit modeprofessional Ruud van der Peijl, stylist en fotograaf Louis Geerlings (stylist en fotograaf), José Teunissen (Professor at Dean, School of Design & Technology, London College of Fashion), modejournalist Milou van Rossum, modejournalist en columnist Fiona Hering en modeontwerper Ronald van der Kemp.
Beeld: Stichting Frans Molenaar Couture
Johannes Vermeer Prijs 2017 voor Iris van Herpen
Modeontwerpster Iris van Herpen kan een nieuwe prijs aan haar imposante awardverzameling toevoegen: de Johannes Vermeer Prijs 2017. De Nederlandse staatsprijs voor de kunsten werd maandagavond uitgereikt in de Ridderzaal in Rotterdam, door minister van cultuur Ingrid van Engelshoven.
“Met haar creaties doorkruist ze domeinen en disciplines. Ze verbindt cultuur, innovatie, kunst en wetenschap met elkaar. Met haar iconische werk zet ze ons land wereldwijd in de schijnwerpers,” zei de nieuwe minister over Iris van Herpen.
De modeontwerpster ontving de prijs voor haar gehele oevre. De jury prijst de ontwerper wegens ‘haar grensverleggende en interdisciplinaire ontwerpen, waarin zij uitzonderlijk talent en ongebreidelde nieuwsgierigheid verbindt aan vernieuwende digitale technieken en ambachtelijk vakmanschap’. Van Herpen hoorde al eerder dat zij de prijs zou ontvangen.
Iris van Herpen wint Johannes Vermeerprijs 2017
Het is niet de eerste keer dat Van Herpen een kunstprijs ontvangt voor haar modeontwerpen. “Van Herpens couture ontstaat op het snijvlak van kunst, technologie en mode. (…) Ze rekt de grenzen van mode op door haar multidisciplinaire manier van werken en daagt daardoor, aldus de jury, het geijkte concept van mode uit,” stelt de jury. Bij het ontwikkelen van haar collecties werkt zij intensief samen met architecten, choreografen, musici, fotografen, filmmakers en wetenschappers.
Ook het sculpturale aspect is belangrijk in het werk van de 33-jarige ontwerpster, waarmee haar ontwerpen verder gaan dan ‘toegepaste kunst’, zoals vaak wordt gedacht. “Zij verweeft meerdere kunstdisciplines in haar werk en maakt gebruik van vernieuwende technieken die men niet snel met mode associeert. Met deze werkwijze beïnvloedt Van Herpen andere disciplines en kunstenaars, en verandert zij op fundamentele wijze de manier waarop mensen over mode denken,” aldus de jury.
Iris van Herpen (1984) studeerde mode aan ArtEZ Hogeschool voor de Kunsten Arnhem en liep tijdens haar studie stage bij Alexander McQueen en Claudy Jongstra. In 2007 begon zij haar eigen label vanuit haar studio in Arnhem, waarbij zij een unieke ontwerpstijl ontwikkelde die zij “New Couture” noemt. Haar werken worden inmiddels geëxposeerd in musea als het Victoria & Albert Museum in Londen, het Cooper Hewitt Museum in New York en het Palais de Tokyo in Parijs.
Sinds 2009 won Van Herpen diverse prijzen voor haar werk, waaronder de ANDAM Awards Grand Prix (2014), de Grand Prize of the European Commission – STARTS (2016) en de Grand Seigneur Award (2016). Zij is sinds 2011 lid van de prestigieuze La Fédération de la Haute Couture et de la Mode en sinds 2015 lid van de Akademie van Kunsten (KNAW).
De Johannes Vermeer Prijs is de Nederlandse staatsprijs voor de kunsten en bestaat uit 100.000 euro. De prijs wordt door de Nederlandse regering toegekend aan in Nederland werkende kunstenaars uit alle artistieke disciplines, om uitzonderlijk artistiek talent te eren en te stimuleren. De jury van de Johannes Vermeer Prijs bestaat dit jaar uit Els van der Plas (voorzitter), Michel van der Aa (laureaat 2015), Ann Demeester, Jeroen Krabbé en Stephan Sanders.
Beeld: Ioulex
Lees ook: Museum report: Step in the world of Iris
Liselore Frowijn SS18: een ode aan Mexicaanse vrijheid in Parijs
“Geen muur zal ons tegenhouden in het creëren”, zo luidde de boodschap van Liselore Frowijn in Parijs. In het Palais de la Bourse toonde ze haar collectie, die een ode bracht aan Mexico en verwees naar het belang van creativiteit en vrijheid.
Net als bij andere collecties nam Frowijn een cultuur als uitgangspunt. Dit keer waren haar ontwerpen een hommage aan Mexico, en dan de droge en archeologische landschappen in het bijzonder. De collectie bestond uit twintig looks, met referenties aan de Maya-cultuur, natuur, architectuur en piramides. Frowijn koos het woord ‘hoop’ als thema, (“het wapen van creatie” lezen we in het persbericht). Voor haar collectie werkte ze samen met grafisch ontwerper Michiel Schuurman, die een speciale cactusprint voor haar ontwierp.
“De collectie is een intensief eerbetoon aan Mexico. In maart van dit jaar maakte ik op een research trip en ontmoette ik veel lokale bevolking, die trots de traditionele kunst en ambachten liet zien,” legt Frowijn uit. Maar de dreiging van een muur tussen Mexico en de Verenigde Staten hangt de Mexicaanse bevolking boven het hoofd.“
Volgens de ontwerpster lijdt Mexico onder de huidige bedreigingen. Het gaat ten koste van de cultuur en creativiteit in het land, aldus Frowijn. “Het blokkeert de vrijheid en onafhankelijkheid,” stelde ze in de aanloop naar de show op Voordekunst.nl. “Ik geloof dat het leven gedefinieerd wordt door de vrijheid van beweging en het bouwen van een muur zou dit verlangen onderdrukken.”
Liselore Frowijn wil hoop geven met SS18-collectie
Met de collectie wil Frowijn een kritische reflectie bieden op de situatie in Mexico. “Mijn nieuwe collectie is een ode aan vrijheid in het algemeen en aan Mexico in het bijzonder, met elementen van zijn culturele geschiedenis en hoop op een heldere toekomst, door elkaar geweven.”
Frowijn werd uitgenodigd door Tranoï, een internationaal modeplatform dat is opgericht door de eigenaren van L’Eclaireur Boutiques. Om een deel van haar show te kunnen financieren haalde de ontwerpster via Voordekunst.nl een bedrag van 10.000 euro op.
Beeld : Julien Boudet
Schepers Bosman wint Les Etoiles Design prijs 2017
Modelabel Schepers Bosman heeft een internationale prijs in de wacht gesleept. Het ontwerpersduo Sanne Schepers en Anne Bosman won de internationale designwedstrijd ‘Mercedes-Benz Les Etoiles Design Competition’. Ze winnen een bedrag van 20.000 euro en ontvangen support van Mercedes-Benz. De prijs werd op maandagavond 25 september uitgereikt in Parijs.
De ‘Mercedes-Benz Les Etoiles Design Competition‘ bestaat sinds vorig jaar. Modeontwerpers van over de hele wereld kunnen hun portfolio insturen, samen met een gegeven ontwerpopdracht. Dit jaar stond de wedstrijd in het teken van sportiviteit. De uitgevoerde ontwerpen van de negen finalisten worden tijdens de Spring Summer 2018-editie Paris Fashionweek aan de wereld gepresenteerd.
Schepers Bosman won met een collectie die geïnspireerd was op de vrouwelijke race overalls uit de klassieke advertenties van Mercedes-Benz. Ook ontwikkelde het modeduo een eigen grafische print, een patchwork patroon, om ‘de abstracte vertaling te maken van snelheid en beweging’. Ook werd er een ode gebracht aan sponsor Mercedes-Benz; de materialen, kleuren en afwerkingen verwezen naar de interieurs van de auto’s. Zo kwamen zacht leer, handgestikte naden en padding terug in de ontwerpen. Het doel was ‘een eigen modern beeld creëren, zonder het klassieke vakmanschap van het automerk te verliezen’, laten de ontwerpers weten.
Sanne Schepers en Anne Bosman winnen internationale modeprijs Les Etoiles
De jury, onder leiding van Alexis Mabille, couturier en creatief directeur van Mercedes-Benz Les Etoiles, bestond dit jaar uit Dita von Teese, Camille Seydoux, Ludivine Sagnier, Marie-Agnès Gillot en Béatrice Tanguy. “De auto-industrie en de modewereld zijn altijd met elkaar verbonden geweest, het is een logische stap voor Mercedes-Benz om jonge ontwerpers te steunen,” aldus Tanguy, initiator van de wedstrijd en directrice Mercedes-Benz Frankrijk.
Schepers Bosman is een creatief samenwerkingsverband tussen Sanne Schepers en Anne Bosman. Beiden studeerden in 2011 cum laude af op de modebachelor aan ArtEZ, Hogeschool voor de Kunsten Arnhem. Schepers volgde de master Fashion Design aan l’Institut Français de la Mode (IFM) in Parijs, en Bosman rondde de master Fashion Design af aan Central Saint Martins in Londen. In de afgelopen jaren won Schepers de ‘Lichting G-Star Raw Talent Award’ en ontving Bosman twee H&M Design Awards.
Zaterdag 30 september zal Schepers Bosman vanuit Parijs haar nieuwste capsule vrouwencollectie presenteren.
Beeld: Mercedes-Benz Les Etoiles / Julie Trannoy (1 en 3), Mercedes-Benz Les Etoiles / Schepers Bosman (2 en 4)
Schueller de Waal SS18: een knipoog naar spektakelshows als Chanel
Bij het World Fashion Centre Amsterdam denk je niet meteen aan glamour en luxe fashion. Het is een ietwat kille bedoening, veel glas, tegels en staal. Toch is dit volgens Philipp Schueller (1983) en Rens de Waal (1984) de perfecte locatie voor de SS18-catwalkshow. De presentatie was een knipoog naar de spectaculaire modeshows van grote modehuizen.
Tijdens de internationale modeweken gaat de meeste aandacht uit naar de zogeheten ‘spektakelshows’, zoals die van Chanel. Het Franse modehuis pompt miljoenen euro’s in de shows; de juiste it-modellen lopen mee, belangrijke gasten worden ingevlogen en het decor moet veel indruk maken. Zo liet Karl Lagerfeld in de afgelopen seizoenen een casino, supermarkt en de Eiffeltoren nabouwen en een raket opstijgen. Zie daar als onafhankelijk klein modelabel maar eens antwoord op te geven.
Schueller De Waal nemen daarom de bekende spektakelshows op de hak. Een klein modelabel moet immers ‘zijn imperfecties omarmen’, stellen de ontwerpers. Om de show te financieren werd een crowdfunding campagne gestart op Voordekunst.nl. Daar kondigden ze hun knipoog naar de mode al aan: “ ‘Serious fashion…not so serious’ is ons motto; een kritische reflectie op het huidige modeklimaat waarin mode en luxe een onlosmakelijke eenheid zijn geworden. Wij zien het graag anders en vertalen ons droomscenario in een idealistische, humoristische en autonome designvisie.”
Het World Fashion Centre in Amsterdam, waar het modeduo ook zijn kantoor heeft, werd het toneel voor de catwalkshow. De open ruimte in Toren 4 wordt omarmd door balustrades van hogere verdiepingen en heeft twee ‘raket-achtige’ liften, die wel iets weg hebben van de raket van Chanel. Een rookmachine, bombastische muziek en een geselecteerd modegezelschap doen de rest.
Schueller De Waal: “Realiteit met humor benaderen”
De miljoenen die Chanel voor een catwalk spektakel neerlegt zijn natuurlijk niet beschikbaar bij een modelabel als Schueller De Waal. De SS18-collectie had aanvankelijk vijftien looks, maar Schueller De Waal wilde een zo groot mogelijk arsenaal aan modellen laten lopen als referentie aan de spektakelshows. Het modeduo werkte de collectie daarom uit met eigen middelen. Elk los item vormde de basis voor een op zichzelf staande look, met eigen materialen. Het resulteerde in een collectie van zestig looks, vervaardigd in ‘collage-stijl’.
De ontwerpen werden voorzien van onder meer prijskaartjes, afdankers van WFC-medewerkers en oud stock-materiaal. Zo werden de jumpsuits uit de recente resort collectie opnieuw gebruikt. Ook knipten de ontwerpers items uit eerdere collecties en proefontwerpen aan stukken en verwerkten ze in nieuwe creaties. Klassieke elementen werden gedeconstrueerd, vervormd en opnieuw geïnterpreteerd. Het leverde een unieke combinatie van print, texturen en decoraties op. Stug katoen werd versierd met kristallen en werden er demi-couture jurken gemaakt van goed uitgevoerde jurken. Het ene item was mooier dan het andere, maar dat was ook de bedoeling volgens de ontwerpers, die het bestempelden als ‘een balans tussen goed en kwaad’.
Philipp Schueller en Rens de Waal: “Met ‘compulsory shanihans’ presenteren we een luid signaal, waarmee we de moeilijke realiteit van de onafhankelijke ontwerper op een positieve manier benaderen. Als echte ‘mode-shenigans’ (letterlijk: cheaters, maar op een schattige manier) presenteren we cut-up glamour met een overdosis humor!” En die missie was zeker geslaagd, want na de show verlieten de genodigden met een glimlach het World Fashion Centre.
Na jaren professionele ervaring opgedaan te hebben bij verschillende internationale modehuizen zoals Hugo Boss, besloten ontwerpers Philipp Schueller (1983) en Rens de Waal (1984) hun krachten te bundelen en een nieuwe richting in te slaan. Ze wilden hun commerciële ervaring koppelen aan hun eigen artistieke visie. Dat leidde in 2014 op het oprichten van hun eigen lijn en designstudio Schueller De Waal.
Beeld: Team Peter Stigter
MBFWA REPORT: JONATHAN CHRISTOPHER HOMME SS15
Op de zondagavond van de Mercedes-Benz FashionWeek Amsterdam was het de beurt aan Jonathan Christopher Homme, die zijn collectie Nexum (SS15) presenteerde. In een bomvol Transformatorhuis op het Westergasterrein werden sportieve en klassieke elementen samengebracht op een stomende catwalk.
De catwalk was omgetoverd tot ‘swamp of life’; gedecoreerd met donkere takken, mist en origami vogels boven de catwalk. De modellen verschenen op hun kwetsbaarste moment; vol littekens, bezweet, onder het stof en hun haar woest naar voren, alsof ze net uit het moeras kwamen. De ontwerper ziet zichzelf als een vrije geest die rondwaart in een moeras; gebonden door de stappen die je zet, maar ‘wat er ook gebeurt, altijd positief blijven’. En zo kwam er toch een positief geluid uit het moeras.
Transparant
De collectie was stoer en kwetsbaar tegelijk, met leer als hoofdmateriaal en transparante details. Zo zagen we leren broeken met doorschijnende tops en ruimvallende blouses, afgewisseld met grofgebreide wollen stukken en klassieke shorts. De transparante inzetten lieten niets aan de verbeelding over en tonen strak afgetrainde torso’s, waar af en toe een litteken doorheen schemerde.
Spannende stofjes
Zwart was de hoofdkleur van de collectie, afgewisseld met grijstinten en oranje accenten. Geen vernieuwend kleurenpallet, maar door materiaalkeuze nog altijd fris en stoer. Jonathan Christopher heeft een neus voor spannende stofjes; zo gebruikte hij leer, chiffon, crêpe wol en zijde. Comfortabele materialen werden gemakkelijk gemixt met ruige, soms stugge stoffen. De leren tassen en riemen werden ook door Jonathan Christopher ontworpen.
Kwestbaar
Opvallend is de combinatie tussen klassieke elementen en sportieve stukken. Een geperforeerd leren bomberjack viel op door de verschillende kleurschakeringen en werd gecombineerd met een klassieke short. “Geperforeerd leer waar een andere stof doorheen schijnt symboliseert de kwetsbaarheid”, lezen we in het persbericht. Ruimvallende stukken hadden de overhand in de collectie.
Genderstructuren
In vorige collecties zagen we naast de terugkomende transparante stoffen ook slepen en rokken, die de verschillen tussen de genders ophieven. Dit keer zat de vrouwelijkheid in de tops met watervalhals, lange blouses tot op de knie, en decolletés met strass steentjes. Ook werden klassieke pantalons uitgevoerd als strakke glimmende shorts. Het is kenmerkend voor Jonathan Christopher; altijd op zoek naar de genderstructuren, en niet bang om deze ter discussie te stellen.
Beelden: Fashion Rollers
DOWNTOWN FASHIONWEEK REPORT: TO THE FUTURE AND BACK
Hoe verhoudt de hedendaagse mode zich tot het verleden? Op deze vraag gaf mode-conservator Bianca du Mortier antwoord in haar Masterclass ‘Back to the future’, tijdens het MBFWA downtown-programma ‘Zalando presents 10 days of Downtown’ in het Rijksmuseum. Daarnaast sprak mode-ontwerpster Esther Dorhout Mees over haar werk en presenteerde zij een muzikaal tableau vivant op de Eregalerij.
Een masterclass over de modegeschiedenis en verbanden met de hedendaagse mode is een welkome verdieping in het modegeweld tijdens de Mercedes-Benz Fashion Week Amsterdam. In het auditorium van het Rijksmuseum werden 300 belangstellenden verwelkomd, van journalisten, modeprofessionals tot fashionista’s en andere geïnteresseerden. De mode-conservator van het Rijksmuseum, Bianca du Mortier trapte af met een presentatie waarin oude technieken en gebruiken moeiteloos verbonden werden aan de meest recente collecties van bekende ontwerpers.
Kunst van het borduren
Mode is een eeuwenoud fenomeen en niet dikwijls worden oude technieken opnieuw gebruikt, zij het met een moderne twist. Zo is een geborduurde jurk uit de zomercollectie 2014 van Oscar de la Renta gemakkelijk terug te voeren op een ouder ontwerp: de bruidsjurk van Helena Slicher (1737-1776), die ze droeg toen ze trouwde met Aelbrecht baron Slingeland (1732-1801). Eeuwenoude grafures en prenten laten zien dat de kunst van het borduren daadwerkelijk een kunst is.
Bont en veren
Ook sprak Du Mortier over andere technieken die ieder kledingstuk tot leven kunnen wekken, van 3D-bloemenapplicaties tot het gebruik van bont en veren. Waar bont vroeger via de leerlooier bij de bontwerker kwam, wordt bont inmiddels ook in andere vormen geproduceerd: gekleurd en synthetisch. Fendi en Alexander McQueen zijn ontwerpers die hier graag mee werken. Met de nieuwste technieken is het ook mogelijk om bont in een andere stof te laten overlopen, hetgeen voor een spannend effect zorgt.
Met de hand
Ook het kantklossen komt aan bod; een kunstig ambacht, wat ook in het heden een plek heeft gevonden in de mode. De komst van machinaal kantklossen is weliswaar een feit; de echte kenner ziet de kwaliteit van het met de hand gekloste kant. Tevens wordt een relatief nieuwe techniek aangewend; het gebruik van reptielenhuid, veelvuldig gebruikt in hedendaagse collecties van Miu Miu en Lanvin.
De grote hamvraag is natuurlijk: waarom terug grijpen op vroeger? “De maatschappij verandert, de tijdsgeest en technieken veranderen, maar het gaat nog steeds om het lichaam”, verklaart Du Mortier.
Uiten zonder woorden
“Kleding is voor mij een uiting zonder woorden”, zegt mode-ontwerpster Esther Dorhout Mees in het daaropvolgende interview, “mijn gedachten gaan door mijn potlood”. Inspiratie kan door van alles zijn, een situatie, een patroon, een gedachte. Zo deed ze onderzoek naar de trillingen in water, die uiteindelijk ook in verband staan met gedachten en emoties, want ons lichaam bestaat ook voor een groot deel uit water. In een andere collectie werd ze geïnspireerd door de nerven en het ringenpatroon van bomen, hetgeen ze vertaalde in spannende prints. Het proces van idee tot volledige collectie duurt zeven maanden, waarbij het proces minstens zo belangrijk is als het eindresultaat.
Droomwereld
De afsluiting van het Downtown-programma op dag 6 was een muzikaal tableau vivant, waarbij een compilatie van de laatste drie collecties van Dorhout Mees werd getoond op de Eregalerij. De modellen werden bijgestaan door verschillende muzikanten en een zangeres, die een prachtige droomwereld creëerden tussen de grootmeesters in de kunst.
Beelden: Peter Stigter via Waldorf Salon en Rijksstudio
DE SHOW VAN GIJS + EMMY: HOE SIERADEN EEN MODE-ITEM WERDEN
Het Stedelijk Museum wijdt een tentoonstelling aan mode- en sieradenontwerpers Gijs Bakker en Emmy van Leersum. Waarom is een modeshow uit 1967 nog steeds relevant voor het modebeeld van nu?
Het is 12 mei 1967 als het Stedelijk Museum de tentoonstelling Edelsmeden 3 presenteert. Mode- en sieraadontwerpers Gijs Bakker en Emmy van Leersum presenteren hun sieraden tijdens een modeshow. Het werd baanbrekend; er wordt nog steeds gesproken van ‘voor’ en ‘na de show’, aldus conservator Marjan Boot.
Statussymbool
Gijs Bakker (1942) en Emmy van Leersum (1930-1984) vertegenwoordigden in de jaren zestig en zeventig een nieuwe stijl; mode, accessoires, fotografie, dans en performance vloeiden in elkaar over. Hoewel het nu de normaalste zaak van de wereld is dat een statementketting of zogeheten arm candy een onderdeel van een outfit is, was dat in die tijd volledig nieuw. Voor de show werd het ontwerpduo gezien als traditionele edelsmeden, daarna als vernieuwende sieradenontwerpers. Door de stijl van Gijs en Emmy nam het sieraad afscheid als statussymbool en verwierf een nieuwe status als mode-accessoire.
Provocatie
Naast de veranderde status van het sieraad betekende de show in 1967 ook verandering van presentatievorm. Waar een show vroeger voor de rijken was die sieraden konden betalen, werd deze show van Gijs en Emmy een provocerende mix tussen mode, kunst en vormgeving. Sieraden werden niet langer in een vitrine gelegd, maar tentoongesteld op echte modellen. Voor het eerst werden sieraden gekoppeld aan de mode, zo werden kettingen geïntegreerd in de halslijnen van speciaal ontworpen mini-jurkjes in A-lijn, veelal uitgevoerd in zijde.
Kachelpijp
Met de komst van het nieuwe sieraad kwam er ook een ander materiaal. Parels en diamanten werden ingeruild voor aluminium, kachelpijp en roestvrij staal. De ‘kettingen’ werden uitgevoerd in grote abstracte vormen, zodat het enorme kragen leken. Dankzij het nieuwe materiaal voelde het allemaal vederlicht. Het Kachelpijpcollier is hèt symbool geworden voor deze nieuwe manier van denken; de truttigheid en het burgerlijke imago van het sieraad waren definitief voorbij.
Imago
Het succes van de show uit 1967 was ongekend; van Amsterdam tot aan Amerika droegen vrouwen de outfits en sieraden, die zich in de minimalistische en sculpturale ontwerpen herkenden. De bekendheid verspreidde zich razendsnel. De ontwerpers zelf waren zich ook bewust van hun eigen imago; tijdens officiële gelegenheden hulden ze zich steevast in hun eigen ontwerpen. Iets wat menig mode-ontwerper inmiddels graag doet, denk bijvoorbeeld aan Viktor & Rolf en Victoria Beckham.
Ruimtevaartmode
De sensatie van de show van Gijs en Emmy wordt tot leven gewekt in drie zalen van het Stedelijk Museum. Ontwerper Bart Hess heeft in opdracht van het museum een openingsfilm gemaakt, met backstagebeelden en originele geluiden van de show. De zaal daarachter laat draaiende poppen met de sculpturale halsobjecten zien, gehuld in fuchsia en turquoise zijden jurkjes en jumpsuits, naar origineel ontwerp. Ook is er ruimte voor de modeshow van Gijs en Emmy uit 1970, waar ze ruimtevaartachtige pakken in strak polyester presenteerden. Erogene zones werden voorzien van protheses en verwezen daarmee naar de seksuele vrijheid en het verlangen naar de toekomst. De ruimtevaartmode staat ook symbool voor de vernieuwing en tijdsgeest, waarin er voor het eerst een jong publiek werd aangesproken en deze voor het eerst een serieuze doelgroep werd.
‘De show van Gijs + Emmy’ is nog te zien tot en met 24 augustus in het Stedelijk Museum.
Bovenste beeld: Sonja Bakker met Kachelpijpcollier en –armband van Gijs Bakker, 1967. Foto: Matthijs Schrofer.
Museum report: Step in the world of Iris
Ze studeerde zes jaar geleden af en nu al is Iris van Herpen (1984) een van de grootste modeontwerpers van Nederland. En hoewel er vorig jaar al een tentoonstelling in het Centraal Museum werd georganiseerd met werk van Van Herpen, doet het Groninger Museum daar nu een schepje bovenop met een solotentoonstelling.
Iris van Herpen is pas een paar jaar bezig en toch al een grote naam in de mode-industrie. Tijdens haar studie aan de ArtEZ Hogeschool voor de Kunsten Arnhem liep Iris stage bij Alexander McQueen in Londen. In 2007, een jaar na haar afstuderen startte ze haar eigen modelabel. Vanaf toen ging het snel; er volgden shows in Parijs, Londen en natuurlijk Amsterdam. Lady Gaga is een groot fan en ook zangeres Björk wordt gespot in een ontwerp van Van Herpen. Toonaangevende modetijdschriften als Vogue, Número en Harper’s Bazaar staan in de rij. En hoewel Iris van Herpen pas net begonnen is (ze noemt zichzelf nog een ‘groentje’), is haar werk al vaak genomineerd en geprezen. Zo won ze al verscheidene prijzen: de Mercedes-Benz Dutch Fashion Award, Dutch Fashion Incubator Awards, Dutch Accessory Awards, de Dutch Designer Awards (RADO) en de Dutch Media Awards. Haar 3D-jurk werd door Time Magazine uitgeroepen tot één van de beste vijftig uitvindingen van het jaar.
Een plens
Een opvallende modeontwerper is ze zeker. Op unieke wijze combineert Iris van Herpen verschillende technieken in haar werk. Traditioneel vakmanschap en noest handwerk gaan samen met innovatieve technieken. Ze begon met fijne, handgemaakte bewerkingen van metaal en leer. Wat krijg je dan? Jurken die deden denken aan half vergaan hout, skeletten en insecten. Nu print ze 3D-jurken en bewerkt ze leer in dunne reepjes met een porselein-look. En voor haar collectie Crystalisation (2010) bootste ze een plens water na, die over je heen komt. Simpelweg door met veel geduld een plaat plastic met een föhn in de juiste vorm te boetseren. Uitgangspunt voor haar werk; ‘een vorm van zelfexpressie, waarbij associaties en fascinaties over de werkelijkheid van alledag vertaald worden naar een collectie’. Zo werden de roompluimen bij de Botlek (Havengebied bij Rotterdam, red.) inspiratie voor haar collectie Smoke. Voor de draagbaarheid hoef je het niet te doen, maar de nieuwe silhouetten zijn zeer indrukwekkend. Veelal grote schouderpartijen met ingewikkelde structuren en rokken met volumineuze vormen. Sculpturen die organisch en futuristisch aan doen.
Kronkels
De sterke sculpturen krijgen de meeste aandacht in het Groninger Museum. In Utrecht lag die aandacht anders; daar werden werk en inspiratie van Van Herpen vergeleken met de eigen collectie van het museum. Gelukkig is er in Groningen wel veel aandacht voor de kleding. In zeven zalen maar liefst, waar kale poppen de kledinghangers zijn van Iris’ werk. Een zwarte jurk bestaande uit ronde buisjes plastic die nauwkeurig aan elkaar geregen zijn en samen een kronkelend geheel vormen op de pop. Of het mooie in punten uitlopende jurkje van plexiglas. Verderop een ingewikkeld vlechtwerk van reepjes leer, een korset met indrukwekkend hoge mouwtjes, eveneens van gevlochten leer. En ook heel prachtig; de gevouwen kragen van roomwitte stof die de halslijn en schouders bedekken, waar een schelp het uitgangspunt voor was. Met trends heeft het niets te maken, deze collecties staan op zichzelf. Zoals haar collectie Radiation Invasion, waar Iris onzichtbare straling en signalen voor telecommunicatie als uitgangspunt nam. Met leer mouleerde ze rond de pop, zodat er een gelaagde kronkelende structuur ontstond, die de straling verbeelde. Iedere collectie heeft een eigen thema of verhaal.
Catalogus
Naast de kledingstukken ook foto’s van Bart Oomes, die haar werk fotografeerde. Zonder poppen of modellen, zonder opsmuk. Hierin staat het ontwerp centraal, als een autonoom kunstwerk. Door mooie belichting en belijning even mooi als de ontwerpen zelf. Gelukkig zijn de foto’s ook terug te zien in de prachtige catalogus (het eerste boek over het werk van Iris), begeleid door een essay van mode journalist Jean Paul Cauvin.
Verdieping
Een solotentoonstelling van zes jaar portfolio, kan dat? Ja, met Iris kan dat. Maar toch mist er iets in Groningen. Zo werd er geen aandacht besteed aan de samenwerkingen met andere ontwerpers, zoals die met schoenenmerk United Nude. En door de statische opstelling bleef het voor een modeleek gissen naar de verhalen achter haar collecties. Een projectie van shows dan wel interviews met Iris hadden de boodschap beter overgebracht. Ook waren schetsen en andere inspiratiebronnen een interessante verdieping geweest op het tentoongestelde werk. Over de tentoonstellingen zei de ontwerpster zelf: “in Utrecht heb ik vooral laten zien hoe het allemaal begint, hier het resultaat”. Ze wilde de overlap zoveel mogelijk vermijden. Toch jammer, want bij een solotentoonstelling wil je alles weten, van begin tot eind. Een stap in de wereld van Iris, maar hopelijk kunnen we de volgende keer wat langer ronddwalen.
De eerste solotentoonstelling van Iris van Herpen is nog tot 23 september te zien in het Groninger Museum.
Backpackersstyle: back to basic
Een wereldreis is niet bedoeld om modieus voor de dag te komen. Met slechts 18 kg op je rug op je rug is er geen plaats voor een LBD of een paar killerheels. Natuurlijk zijn er altijd (veelal Britse) dames die de Australische kust met een knalroze koffer (lees: maat zeilschip) bereizen, maar die worden als reizigsters amper serieus genomen met hun stijl- en wimperkrultangen. Als je maanden op reis bent, leef je basic.
Je staat er versteld van hoe weinig 18 kg in je backpack eigenlijk voorstelt. Het meeste gewicht gaat op aan shampoo, zonnebrand en andere flesjes. Ook je Lonely Planet is geen veertje. En dan natuurlijk; je kleren. Met een reis van een paar maanden voor de boeg moet je op ieder weertype voorbereid zijn en dat betekent: laagjes, laagjes, laagjes. Een kleine opsomming van de kledingstukken waar ik mij vier maanden mee vermaakt heb: een jeans, legging, twee shorts, twee rokjes, vestje, een hoody, drie shirtjes, drie hemdjes, een fleecetrui (niet sexy maar zo handig), een regenjas, een sjaal, sokken, ondergoed en drie bikini’s. That’s it. Ik herhaal: that’s it. Ik kan het me zelf ook amper voorstellen, want zelfs mijn beste vrienden hebben mij nog nooit in een zelfde outfit betrapt. Vaak werd mij gevraagd: “neem je geen hakken mee? Laat je ze echt thuis? Jij?!” Ja echt, ik liet ze thuis. Vier maanden en tien dagen liep ik afwisselend op slippers, ballerina’s en –onmisbare en ontzettend sexy- bergschoenen. En vooral op blote pootjes.
Deed ik dan helemaal niks ‘fashionables’ de afgelopen maanden? Jawel. De enige tick die ik niet kon afleren: nagellak. Na een week naturel over het Australische strand te hebben getrippeld kon ik niet anders dan de meest onnatuurlijke kleur op mijn nagels te smeren: fluoriserend oranje. Misstaat zeker niet bij gebruine voetjes in paradijslijk wit zand. Feest aan mijn voeten. Heerlijk! Slippertjes aan en gaan!
Anyway, na maanden met dezelfde shirtjes en shorts begon het toch wel te kriebelen. De jurkjes in modieuze Australische winkels keken mij smachtend aan en ook een paar killerheels kon ik amper weerstaan. En na bijna vijf maanden ben ik weer thuis en mag ik me weer in mijn Filippa K dress hijsen, voorzien van mijn prachtige Italiaanse peeptoes. Geen fijner gevoel dan een vrouwelijk jurkje met killerheels. Maar toch… af en toe verlang ik nog even naar die simpele afgeragde teenslippers met backpackersvoetjes, oranje nageltjes met een pleister om mijn teen. Want wat was het geweldig…